De meeste financiële tussenpersonen kennen te gemakkelijk hypotheekkrediet toe en stellen niet de juiste vragen om de kredietwaardigheid van de consument te bepalen. Dat blijkt uit een onderzoek van Test-Aankoop.
Test-Aankoop stuurde een koppel onderzoekers op pad naar 49 financiële tussenpersonen, met name bankkantoren en makelaars. Het gezin met twee kinderen moest doen alsof ze een huis wilden kopen van 275.000 euro, waarvoor ze 215.000 euro wilden lenen. Ze moesten naar de maandelijkse afbetaling vragen met inbegrip van de schuldsaldoverzekering en de woningverzekering.
De maandelijkse last die de meeste tussenpersonen aanvaardbaar vonden voor dit gezin schommelde tussen 1.500 en 1.600 euro. Gelet op het inkomen, het ter beschikking zijnde kapitaal en de uitgaven, zou de maandelijkse last die het gezin maximaal aankon, 440 euro mogen bedragen, stelt Test-Aankoop.
Slechts 16 procent zag de lening voor het huis als te risicovol, hoewel dat volgens Test-Aankoop het enige juiste antwoord was. Zowat 70 pct van de tussenpersonen die een lening wilden toestaan, vond een afbetalingsbedrag van 1.500 euro en méér doenbaar voor het gezin.
Twee tussenpersonen vroegen niet eens naar inkomen
Meer dan de helft van de tussenpersonen (53 pct) informeerde niet naar de huidige maandelijkse financiële lasten van het gezin, zoals de huur. Twee tussenpersonen vroegen niet eens naar het maandelijkse inkomen.
Voor een verantwoorde kredietverlening vraagt Test-Aankoop dat de Belgische wetgever een doorzichtig en controleerbaar systeem opstelt om de maximale afbetaling per maand te bepalen. De consumentenorganisatie beveelt aan om niet boven 80 pct te gaan van de som van wat een gezin maandelijks kan sparen en de huur die wordt betaald. (belga/mvdb)